De klant
NASA
Achtergrond
Op 1 februari 2003, na 16 dagen in de ruimte voor missie STS-107, zou de spaceshuttle Columbia om 9.16 uur op het Kennedy Space Center in Florida landen. Rond 9 uur gebeurt er een ramp. CCN zendt het uiteenvallen van het ruimteveer boven Texas live uit. De oorzaak van het ongeluk was een afgebroken stuk isolatieschuim tijdens de lancering, waardoor er een gat in de vleugel geslagen was. Bij terugkeer kwam hete plasma de vleugel binnen en spatte de Columbia uiteen.
Zes maanden na de crash werden de brokstukken van een harde schijf van de spaceshuttle gevonden. De NASA vertrouwde de harde schijf aan onze collega's bij Ontrack in Amerika toe voor een data recovery.
John Edwards, prestigieus ingenieur, en zijn team kregen deze opdracht toebedeeld. Hij vertelt: ”Ik heb in mijn carrière veel meegemaakt, en data recovery’s uitgevoerd bij apparaten in uitzonderlijk slechte staat na onder andere overstromingen, brand en vallen. Op een dag werd ik geïnformeerd dat mijn team en ik een data recovery moesten doen bij een harde schijf die deels gesmolten was na een vlucht door de dampkring, vanaf 60 km hoogte met een ongelooflijke snelheid richting aarde gevallen was en ook nog eens zes maanden op de grond had gelegen voordat hij gevonden werd. Het was een enorm ingewikkelde taak en ik moet toegeven dat toen ik de schijf voor het eerst zag, ik niet overtuigd was dat het zou gaan lukken.”
Oplossing
Van uitzichtloze situatie naar succesvolle data recovery
De harde schijf was inderdaad voor een gedeelte gescheurd en verkoold. De schijf was ook aangetast door invloeden van buitenaf na enkele maanden op de grond te hebben gelegen. De verzegeling tegen stof was na de intense hitte bij de terugkeer in de atmosfeer hard achteruitgegaan en de schijf was hierdoor blootgesteld aan allerlei vuildeeltjes wat een data recovery onmogelijk kan maken. We constateerde verder dat niet alleen plastic en metalen onderdelen waren gesmolten, maar dat ook de beschermlaag, die de platters tegen stof en vuil moest beschermen, was aangetast. Maar wij hadden de middelen en dus was er nog hoop. Na uren arbeid lukte het de ingenieurs 99% van de data op de harde schijf te herstellen.
Hoe kon deze data recovery toch lukken? Dat zit zo: de draaiende metalen platters waarop de data waren opgeslagen waren grotendeels intact gebleven. Gelukkig verkeerden juist de gedeeltes waarop de gegevens stonden, 240 MB van een opslagruimte van 400 MB, in goede staat. De NASA-computer draaide op het besturingssysteem DOS, waarbij data niet zoals nu over de gehele schijf zijn verdeeld maar op één specifieke locatie worden verzameld. Het geluk wilde dat juist dit plekje van de schijf verschoond bleef van stof en andere schade. De roterende platters konden voorzichtig verwijderd worden van de oorspronkelijk schijf, gereinigd worden en in een nieuwe schijf geplaatst worden. Zo kon 99 % van de uit de ruimte verzamelde gegevens teruggehaald worden.
Resultaat
Het doel van STS-107 was het verzamelen van informatie van biologische experimenten. De harddisk werd tijdens de Columbia-missie gebruikt om data op te slaan van een onderzoek naar de eigenschappen van xenongas in de ruimte. Hoewel gedurende de missie een groot deel van de bevindingen al naar de aarde was gestuurd, wisten de datahersteldeskundige de nog ontbrekende data van een zwaar gehavende harddisk te redden. Hierdoor kon het wetenschappelijk onderzoek alsnog worden gepubliceerd. Robert Berg, hoofdonderzoeker van het CVX-2-project, er zeer gelukkig mee: "De publicatie van de onderzoeksresultaten vormt de afsluiting van een onderzoek dat al meer dan 20 jaar loopt en dat sinds 2003 dagelijks in mijn gedachten is geweest. Het was een enorme opluchting om dit eindelijk te kunnen publiceren," De resultaten werden meer dan vijf jaar later, in april 2008, gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Physical Review E.
Meer over
Hard disk recovery
Of
Neem contact op